Dutch
Detailed Translations for aanstelling from Dutch to Swedish
aanstelling:
-
de aanstelling (installatie; benoeming)
Translation Matrix for aanstelling:
Noun | Related Translations | Other Translations |
anställning | aanstelling; benoeming; installatie | ambt; betrekking; functie; huren van persoon; inhuren; omstandigheden; omstandigheid; situatie; taakverschaffing; tewerkstelling; toestand; werkgelegenheid; werkverschaffing |
jobb | aanstelling; benoeming; installatie | aanvraag; ambacht; ambt; arbeid; arbeidsplaats; baan; baantje; beroep; betrekking; bezigheid; contract; dienstbetrekking; functie; inspanning; job; karwei; karweitje; klusje; positie; professie; taak; vak; werk; werkzaamheid |
utnämning | aanstelling; benoeming; installatie | nominatie; voordracht |