Home ->Dictionaries ->Dutch/Swedish ->Search: droog

Dutch and Swedish Translation Search Results for droog

Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. droog:
  2. drogen:
  3. Wiktionary:

Dutch

Detailed Translations for droog from Dutch to Swedish

droog:

droog adj

  1. droog (verdord; dor)
    torkat; torkad
  2. droog (schraal; schriel)
    skadat av torka; torrt; torr; uttorkat; förtorkad; förtorkat

Translation Matrix for droog:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
förtorkad droog; schraal; schriel
förtorkat droog; schraal; schriel
skadat av torka droog; schraal; schriel
torkad dor; droog; verdord opgedroogd
torkat dor; droog; verdord opgedroogd
torr droog; schraal; schriel droge; leukweg; muf; oubakken; oud; oudbakken; plat; verschaald
torrt droog; schraal; schriel bar; droge; droogjes; leukweg; muf; onbegroeid; oubakken; oud; oudbakken; plat; regenarm; verschaald
uttorkat droog; schraal; schriel regenarm

Related Words for "droog":


Antonyms for "droog":


Related Definitions for "droog":

  1. niet zoet van smaak1
    • dit is een droge wijn1
  2. wie grappige dingen op een serieuze manier zegt1
    • Nejdat maakte een droge opmerking1
  3. zonder vloeistof1
    • de was is droog1

Wiktionary Translations for droog:

Cross Translation:
FromToVia
• droog → torr ↔ dry — free from liquid or moisture
• droog → spydig; syrlig; ironisk ↔ wry — dryly humorous

drogen:

drogen verb (droog, droogt, droogde, droogden, gedroogd)

  1. drogen (droogmaken; afdrogen)
    torka av
    • torka av verb (torkar av, torkade av, torkat av)
  2. drogen (opdrogen)
    torka ut; torka upp
    • torka ut verb (torkar ut, torkade ut, torkat ut)
    • torka upp verb (torkar upp, torkade upp, torkat upp)
  3. drogen (doen drogen)
    torka
    • torka verb (torkar, torkade, torkat)

Conjugations for drogen:

o.t.t.
  1. droog
  2. droogt
  3. droogt
  4. drogen
  5. drogen
  6. drogen
o.v.t.
  1. droogde
  2. droogde
  3. droogde
  4. droogden
  5. droogden
  6. droogden
v.t.t.
  1. heb gedroogd
  2. hebt gedroogd
  3. heeft gedroogd
  4. hebben gedroogd
  5. hebben gedroogd
  6. hebben gedroogd
v.v.t.
  1. had gedroogd
  2. had gedroogd
  3. had gedroogd
  4. hadden gedroogd
  5. hadden gedroogd
  6. hadden gedroogd
o.t.t.t.
  1. zal drogen
  2. zult drogen
  3. zal drogen
  4. zullen drogen
  5. zullen drogen
  6. zullen drogen
o.v.t.t.
  1. zou drogen
  2. zou drogen
  3. zou drogen
  4. zouden drogen
  5. zouden drogen
  6. zouden drogen
en verder
  3. is gedroogd
  6. zijn gedroogd
diversen
  1. droog!
  2. droogt!
  5. gedroogd
  6. drogend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for drogen:

NounRelated TranslationsOther Translations
torka droogheid; droogte
VerbRelated TranslationsOther Translations
torka doen drogen; drogen
torka av afdrogen; drogen; droogmaken afvegen; afwissen
torka upp drogen; opdrogen opdweilen
torka ut drogen; opdrogen dehydreren

Related Words for "drogen":


Wiktionary Translations for drogen:

Cross Translation:
FromToVia
• drogen → torka ↔ dry — to make dry
• drogen → torka ↔ trocknen — (transitiv) etwas, das nass ist, trocken machen; Feuchtigkeit entziehen
• drogen → torka ↔ trocknen — (intransitiv) vom nassen in den trockenen Zustand übergehen; Feuchtigkeit verlieren

Related Translations for droog







Your free, fast, and simple translation dictionary

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Page served in 0.0462 seconds
Page rendered in 1.0 seconds