Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. geld besparen:


Dutch

Detailed Translations for geld besparen from Dutch to Swedish

geld besparen:

geld besparen verb

  1. geld besparen (besparen; matigen; minder gebruiken)
    spara; inskränka utgifterna; inspara
    • spara verb (sparar, sparade, sparat)
    • inskränka utgifterna verb (inskränker utgifterna, inskränkte utgifterna, inskränkt utgifterna)
    • inspara verb (insparar, insparade, insparat)

Translation Matrix for geld besparen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
inskränka utgifterna besparen; geld besparen; matigen; minder gebruiken
inspara besparen; geld besparen; matigen; minder gebruiken
spara besparen; geld besparen; matigen; minder gebruiken achterhouden; archiveren; behouden; besparen; bespreken; bewaren; in acht nemen; matigen; minder gebruiken; ontzien; opbergen; opslaan; opsparen; opzijleggen; reis boeken; reserveren; sparen; terughouden; vastleggen; verschonen; zuinig zijn

Related Translations for geld besparen