Dutch
Detailed Translations for geplaveid from Dutch to Swedish
geplaveid:
Translation Matrix for geplaveid:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
stenlagd | geplaveid; verhard |
plaveien:
-
plaveien (bestraten)
Conjugations for plaveien:
o.t.t.
- plavei
- plaveit
- plaveit
- plaveien
- plaveien
- plaveien
o.v.t.
- plaveide
- plaveide
- plaveide
- plaveiden
- plaveiden
- plaveiden
v.t.t.
- heb geplaveid
- hebt geplaveid
- heeft geplaveid
- hebben geplaveid
- hebben geplaveid
- hebben geplaveid
v.v.t.
- had geplaveid
- had geplaveid
- had geplaveid
- hadden geplaveid
- hadden geplaveid
- hadden geplaveid
o.t.t.t.
- zal plaveien
- zult plaveien
- zal plaveien
- zullen plaveien
- zullen plaveien
- zullen plaveien
o.v.t.t.
- zou plaveien
- zou plaveien
- zou plaveien
- zouden plaveien
- zouden plaveien
- zouden plaveien
en verder
- is geplaveid
- zijn geplaveid
diversen
- plavei!
- plaveit!
- geplaveid
- plaveiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for plaveien:
Verb | Related Translations | Other Translations |
bekläda | bestraten; plaveien | bekleden; beleggen; investeren; overtrekken; stofferen; van bekleding voorzien |
stenlägga | bestraten; plaveien | |
täcka | bestraten; plaveien | afdekken; afschermen; afschutten; bekleden; beschermen; beschutten; dekken; indekken; kaften; overdekken; overkappen; overtrekken; overwelven; stofferen; van bekleding voorzien |
Other | Related Translations | Other Translations |
täcka | bedekken; met iets bestrijken | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
täcka | overdekt |