Summary
Dutch to Swedish: more detail...
- gevoelloosheid:
-
gevoelloos:
- immun; känslolöst; immunt; hårt; frånstötande; sträv; kärv; amper
-
Wiktionary:
- gevoelloos → hjärtlös, känslokall, känslolös
Dutch
Detailed Translations for gevoelloosheid from Dutch to Swedish
gevoelloosheid:
-
de gevoelloosheid (onverschilligheid; ongeïnteresseerdheid; afgestomptheid; ongevoeligheid; gevoelsarmoede)
-
de gevoelloosheid (emotieloosheid; meedogenloosheid; ongevoeligheid)
-
de gevoelloosheid (verdoofdheid)
Translation Matrix for gevoelloosheid:
Noun | Related Translations | Other Translations |
känslolös | emotieloosheid; gevoelloosheid; meedogenloosheid; ongevoeligheid | |
känslolöshet | gevoelloosheid; verdoofdheid | verstijfdheid |
likgiltighet | afgestomptheid; gevoelloosheid; gevoelsarmoede; ongevoeligheid; ongeïnteresseerdheid; onverschilligheid | desinteresse; gebrek aan interesse; indolentie; laksheid; onverschilligheid |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
känslolös | gelaten; onaandoenlijk; redeloos; stoïcijns; verstandeloos; zonder verstand |
Related Words for "gevoelloosheid":
gevoelloos:
-
gevoelloos (geen pijn voelend; niet-voelend)
-
gevoelloos (hardvochtig; emotieloos; liefdeloos; ongevoelig; zielloos; harteloos; hard)
Translation Matrix for gevoelloos:
Related Words for "gevoelloos":
Wiktionary Translations for gevoelloos:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• gevoelloos | → hjärtlös; känslokall; känslolös | ↔ callous — emotionally hardened |