Summary
Dutch
Detailed Translations for halfgaar from Dutch to Swedish
halfgaar:
-
halfgaar (niet volkomen gaar; halfbakken)
-
halfgaar (halfzacht; niet helemaal in orde; eiig)
Translation Matrix for halfgaar:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
fnoskig | eiig; halfgaar; halfzacht; niet helemaal in orde | |
fnoskigt | eiig; halfgaar; halfzacht; niet helemaal in orde | |
halvbakad | halfbakken; halfgaar; niet volkomen gaar | |
tokig | eiig; halfgaar; halfzacht; niet helemaal in orde | geschift; getikt; hoorndol; kierewiet; knettergek; knots; krankjorum; maf; mal; mesjogge; niet goed snik; tilt |
tokigt | eiig; halfgaar; halfzacht; niet helemaal in orde | achterlijk; geflipt; gek; geschift; gestoord; getikt; hoorndol; idioot; idioterig; kierewiet; knots; krankjorum; krankzinnig; maf; mal; mesjogge; niet goed snik; stupide; tilt; tureluurs; zot |
vrickat | eiig; halfgaar; halfzacht; niet helemaal in orde | geschift; getikt; hoorndol; kierewiet; knettergek; knots; krankjorum; niet goed snik |