Dutch
Detailed Translations for inmaak from Dutch to Swedish
inmaak:
-
de inmaak (geconserveerd voedsel)
Translation Matrix for inmaak:
Noun | Related Translations | Other Translations |
konserv | geconserveerd voedsel; inmaak | product in blik |
konserverad mat | geconserveerd voedsel; inmaak | conserven |
inmaken:
-
inmaken (in blik conserveren; inblikken)
-
inmaken (wecken)
-
inmaken (inpekelen; opzouten; inzouten)
-
inmaken
-
inmaken (ruim overklassen)
vara mycket överlägsen; överträffa helt och hålet-
överträffa helt och hålet verb (överträffar helt och hålet, överträffade helt och hålet, överträffat helt och hålet)
Conjugations for inmaken:
o.t.t.
- maak in
- maakt in
- maakt in
- maken in
- maken in
- maken in
o.v.t.
- maakte in
- maakte in
- maakte in
- maakten in
- maakten in
- maakten in
v.t.t.
- heb ingemaakt
- hebt ingemaakt
- heeft ingemaakt
- hebben ingemaakt
- hebben ingemaakt
- hebben ingemaakt
v.v.t.
- had ingemaakt
- had ingemaakt
- had ingemaakt
- hadden ingemaakt
- hadden ingemaakt
- hadden ingemaakt
o.t.t.t.
- zal inmaken
- zult inmaken
- zal inmaken
- zullen inmaken
- zullen inmaken
- zullen inmaken
o.v.t.t.
- zou inmaken
- zou inmaken
- zou inmaken
- zouden inmaken
- zouden inmaken
- zouden inmaken
en verder
- ben ingemaakt
- bent ingemaakt
- is ingemaakt
- zijn ingemaakt
- zijn ingemaakt
- zijn ingemaakt
diversen
- maak in!
- maakt in!
- ingemaakt
- inmakend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for inmaken:
Verb | Related Translations | Other Translations |
förvara i lag | inmaken | |
konservera | in blik conserveren; inblikken; inmaken | conserveren; inleggen; verduurzamen; vertinnen |
lägga in | inmaken | |
lägga på flaska | inmaken; wecken | |
marinera | inmaken; inpekelen; inzouten; opzouten | marineren; toebereiden |
sylta | inmaken; inpekelen; inzouten; opzouten | conserveren; inleggen |
vara mycket överlägsen | inmaken; ruim overklassen | |
överträffa helt och hålet | inmaken; ruim overklassen |