Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. kluchten:
  2. klucht:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for kluchten from Dutch to Swedish

kluchten:

kluchten [de ~] noun, plural

  1. de kluchten
    skämt; gyckel; narrspel

Translation Matrix for kluchten:

NounRelated TranslationsOther Translations
gyckel kluchten aanfluiting; bespotting; gespot; hoon; ironie; sarcasme; smaad; spot; spotternij
narrspel kluchten
skämt kluchten aardigheid; bak; beurt; canard; farce; gein; geintje; gekheid; grap; grapje; grapjes; grappenmakerij; grol; kwinkslag; lol; lolletje; lolletjes; mop; moppen; plezier; pretje; rondje; scherts; schertsen; schertsvertoning; spelletje

Related Words for "kluchten":


kluchten form of klucht:

klucht [de ~] noun

  1. de klucht (dwaze vertoning; farce)
    fars
  2. de klucht (koddig verhaal)
  3. de klucht (blijspel)
    komedi; lustspel

Translation Matrix for klucht:

NounRelated TranslationsOther Translations
fars dwaze vertoning; farce; klucht
komedi blijspel; klucht komedie
lustspel blijspel; klucht
rolig historia klucht; koddig verhaal

Related Words for "klucht":


Wiktionary Translations for klucht:


Cross Translation:
FromToVia
klucht dun; stim Schwarm — Verband von Tieren, die sich gemeinsam schwimmend oder fliegend fortbewegen