Summary
Dutch to Swedish: more detail...
- minachtend:
- minachten:
-
Wiktionary:
- minachtend → föraktfull
- minachten → förakta, tycka illa om, missakta, avsky
Dutch
Detailed Translations for minachtend from Dutch to Swedish
minachtend:
-
minachtend (uit de hoogte; trots; kleinerend; hooghartig; neerbuigend; laatdunkend; geringschattend)
dryg; drygt; överlägset; högmodig; högmodigt; högdraget; förringande; förringandet-
dryg adj
-
drygt adj
-
överlägset adj
-
högmodig adj
-
högmodigt adj
-
högdraget adj
-
förringande adj
-
förringandet adj
-
-
minachtend (smalend; spottend; hooghartig; honend)
Translation Matrix for minachtend:
Wiktionary Translations for minachtend:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• minachtend | → föraktfull | ↔ scornful — showing scorn or disrespect; contemptuous |
minachtend form of minachten:
-
minachten (verachten; neerkijken op; geringschatten)
Conjugations for minachten:
o.t.t.
- minacht
- minacht
- minacht
- minachten
- minachten
- minachten
o.v.t.
- minachtte
- minachtte
- minachtte
- minachtten
- minachtten
- minachtten
v.t.t.
- heb geminacht
- hebt geminacht
- heeft geminacht
- hebben geminacht
- hebben geminacht
- hebben geminacht
v.v.t.
- had geminacht
- had geminacht
- had geminacht
- hadden geminacht
- hadden geminacht
- hadden geminacht
o.t.t.t.
- zal minachten
- zult minachten
- zal minachten
- zullen minachten
- zullen minachten
- zullen minachten
o.v.t.t.
- zou minachten
- zou minachten
- zou minachten
- zouden minachten
- zouden minachten
- zouden minachten
en verder
- ben geminacht
- bent geminacht
- is geminacht
- zijn geminacht
- zijn geminacht
- zijn geminacht
diversen
- minacht!
- minacht!
- geminacht
- minachtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for minachten:
Noun | Related Translations | Other Translations |
avsky | afgrijzen; gruwen; schrik; verafschuwing; verbijstering; verfoeiing; verfoeilijkheid; walging; weerzin | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
avsky | geringschatten; minachten; neerkijken op; verachten | haten; verafschuwen; verfoeien |
Antonyms for "minachten":
Related Definitions for "minachten":
Wiktionary Translations for minachten:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• minachten | → förakta | ↔ disdain — to regard someone with strong contempt |
• minachten | → tycka illa om; förakta; missakta | ↔ dédaigner — considérer avec dédain. |
• minachten | → avsky; tycka illa om | ↔ détester — (vieilli) maudire. |
• minachten | → förakta; missakta | ↔ mépriser — Traductions à trier suivant le sens |