Other | Related Translations | Other Translations |
litet
|
|
'n beetje; enig; wat
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
barnslig
|
ondermaats; onvolgroeid
|
infantiel; jongensachtig; kinds; overdreven kinderachtig
|
barnsligt
|
ondermaats; onvolgroeid
|
infantiel; jongensachtig; kinderachtig; kinderlijk; kinds; overdreven kinderachtig
|
dålig
|
arm; inferieur; minderwaardig; ondermaats; ondeugdelijk; slecht; tweederangs; zwak
|
aan een ziekte lijdend; achterbaks; banaal; bekaaid; boosaardig; er bekaaid afkomen; geniepig; gluiperig; in het geniep; laag; malicieus; pover; schamel; snood; stiekem; verraderlijk; vuig; ziek
|
dåligt
|
arm; inferieur; minderwaardig; ondermaats; ondeugdelijk; slecht; tweederangs; zwak
|
aan een ziekte lijdend; achterbaks; banaal; bekaaid; boosaardig; er bekaaid afkomen; gemeen; geniepig; gluiperig; in het geniep; laag; malicieus; min; pover; schamel; slecht; snood; stiekem; vals; verraderlijk; vuig; ziek
|
liten
|
klein; ondermaats; van geringe afmeting
|
dun; fijn; fijngebouwd; gering; luttel; miniem; minimaal; minste; rank; slank; tenger; weinig
|
litet
|
klein; ondermaats; van geringe afmeting
|
dun; fijn; fijngebouwd; gering; in geringe mate; klein; lichtelijk; luttel; miniem; minimaal; minste; rank; slank; tenger; weinig
|
obetydligt
|
klein; ondermaats; van geringe afmeting
|
bescheiden; beuzelachtig; futiel; gering; luttel; marginaal; miniem; minimaal; minste; nietig; nietsbetekenend; nietszeggend; onaanzienlijk; onbeduidend; onbelangrijk; onbenullig; onbetekenend; triviaal; weinig; weinigzeggend
|
underlägsen
|
klein; ondermaats; van geringe afmeting
|
|
underlägset
|
klein; ondermaats; van geringe afmeting
|
|
undermåligt
|
arm; inferieur; minderwaardig; ondermaats; ondeugdelijk; slecht; tweederangs; zwak
|
|