Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. ontmanteling:


Dutch

Detailed Translations for ontmanteling from Dutch to Swedish

ontmanteling:

ontmanteling [de ~ (v)] noun

  1. de ontmanteling (demontage; uiteenname)

Translation Matrix for ontmanteling:

NounRelated TranslationsOther Translations
demontage demontage; ontmanteling; uiteenname
ta isär demontage; ontmanteling; uiteenname aftuigen; onttakelen; verbloeming
VerbRelated TranslationsOther Translations
ta isär anatomiseren; demonteren; ontleden; ontmantelen; onttakelen; uit elkaar halen; uit elkaar nemen; uiteen nemen