Summary


Dutch

Detailed Translations for strengheid from Dutch to Swedish

strengheid:

strengheid [de ~ (v)] noun

  1. de strengheid (onverbiddelijkheid; gestrengheid)
    stränghet

Translation Matrix for strengheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
stränghet gestrengheid; onverbiddelijkheid; strengheid nauwheid; smalheid

Related Words for "strengheid":


Wiktionary Translations for strengheid:


Cross Translation:
FromToVia
strengheid stränghet; strävhet austéritérigueur des pratiques et des doctrines religieux, mortification des sens et de l’esprit.

strengheid form of streng:

streng [de ~] noun

  1. de streng (haarstreng; haarvlecht)

Translation Matrix for streng:

NounRelated TranslationsOther Translations
flätad hår haarstreng; haarvlecht; streng
sträng aaneenschakeling; kabeldraad; kabelgaren; reeks; serie; snaar; tekenreeks
ModifierRelated TranslationsOther Translations
bindandet bindend; dwingend; streng; strikt; stringent
efter regel streng; strikt; volgens de regels
exakt onvermurwbaar; streng; strikt; stringent accuraat; afgepast; exact; gedetailleerd; haarfijn; juist; krek; minutieus; nauwgezet; nauwkeurig; net; precies; ragfijn; secuur; zorgvuldig
hårt gestreng; niet toegevend; streng emotieloos; erg; fel; gevoelloos; hard; hardhandig; hardvochtig; harteloos; heftig; hevig; krachtig; liefdeloos; onbarmhartig; ongenadig; ongevoelig; onzacht; pittig; ruw; straf; zielloos
oböjbart gestreng; niet toegevend; streng
slagkraftig bindend; dwingend; streng; strikt; stringent
slagkraftigt bindend; dwingend; streng; strikt; stringent
stringent bindend; dwingend; onvermurwbaar; streng; strikt; stringent
sträng gestreng; niet toegevend; streng inspannend; onbuigzaam; onverbiddelijk; onvermurwbaar; pittig; rigoureus; ruige; straf; veeleisend
strängt gestreng; niet toegevend; streng inspannend; onbuigzaam; onverbiddelijk; onvermurwbaar; pittig; rigoureus; ruige; straf; veeleisend
svår gestreng; niet toegevend; streng kritisch; lastig; moeilijk; niet makkelijk; ongemakkelijk; problematisch; zwaar
svårt gestreng; niet toegevend; streng complex; gecompliceerd; ingewikkeld; kritisch; lastig; moeilijk; niet makkelijk; ongemakkelijk; pittig; problematisch; ruige; straf; zwaar
övertygandet bindend; dwingend; streng; strikt; stringent

Related Words for "streng":

  • strengheid, strengen, strenger, strengere, strengst, strengste, strenge

Antonyms for "streng":


Related Definitions for "streng":

  1. ineengevlochten bundel1
    • ze kocht een strengetje borduurzijde1
  2. wie zich strak aan de regels houdt en niet toegeeft1
    • mijn ouders waren erg streng1

Wiktionary Translations for streng:


Cross Translation:
FromToVia
streng sträng strict — governed or governing by exact rules
streng sträng sévère — Qui est rigide, sans indulgence.