Home ->Dictionaries ->Dutch/Swedish ->Translate vlakheid

Translate vlakheid from Dutch to Swedish

Summary

Dutch to Swedish: more detail...

vlakheid:
- jämnhet
vlak:
- lugn; slätt; slät; mild; lugnt; jämnt; lent; milt; vågrät; horisontalt; platt; flat
- yta
Wiktionary:
- vlak → slät, platt, flat, jämn, plan, vågrät, jämnhög, strand, slätt, flack

Dutch

Detailed Translations for vlakheid from Dutch to Swedish

vlakheid:

vlakheid [de ~ (v)] noun

de vlakheid (effenheid)
jämnhet
- jämnhet [-en] noun

Translation Matrix for vlakheid:

Noun	Related Translations	Other Translations
jämnhet	effenheid; vlakheid

Related Words for "vlakheid":

vlak

vlakheid form of vlak:

vlak adj

vlak (effen; gelijk; egaal; glad; geslepen; strak; plat; vlakuit)
lugn; slätt; slät; mild; lugnt; jämnt; lent; milt
- lugn adj
- slätt adj
- slät adj
- mild adj
- lugnt adj
- jämnt adj
- lent adj
- milt adj
vlak (horizontaal; plat)
vågrät; horisontalt
- vågrät adj
- horisontalt adj
vlak (geëgaliseerd; plat)
platt; flat
- platt adj
- flat adj

vlak [de ~] noun

de vlak
yta
- yta [-en] noun

Translation Matrix for vlak:

Noun	Related Translations	Other Translations
lugn		vredelievendheid; vreedzaamheid; windstilte
yta	vlak	afmeting van bodemoppervlak; bodemoppervlak; bodemoppervlakte; erf; gebied; grondgebied; oppervlak; oppervlakte; terrein; territorium
-	gebied; terrein
Adjective	Related Translations	Other Translations
-	direct; glad; onmiddellijk
Modifier	Related Translations	Other Translations
flat	geëgaliseerd; plat; vlak
horisontalt	horizontaal; plat; vlak
jämnt	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	evenwichtig; in evenwicht; op rolletjes; quitte
lent	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	smeuïg
lugn	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	beheerst
lugnt	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	amicaal; bedaard; beheerst; gedeisd; gelijkmoedig; gerust; kalm; kameraadschappelijk; rustig; rustigjes; stil; vriendschappelijk
mild	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	clement; goedhartig; mak; mild; welwillend; zacht; zachtaardig
milt	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	amicaal; clement; goedhartig; kameraadschappelijk; mak; mild; vriendschappelijk; welwillend; zacht; zachtaardig
platt	geëgaliseerd; plat; vlak	mol; muf; oubakken; oud; oudbakken; plat; verschaald
slät	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	gelikt; gladjanusachtig
slätt	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	glad neerliggend; op rolletjes; rimpelloos; sluik; vlakte
vågrät	horizontaal; plat; vlak

Related Words for "vlak":

vlakheid, vlakken, vlaken, vlakjes

Synonyms for "vlak":

Antonyms for "vlak":

hobbelig

Related Definitions for "vlak":

waar niets tussen zit¹
- vlak na zijn verjaardag moest hij op reis¹
met een oppervlak zonder bobbels¹
- Nederland is een vlak land¹
wat bij een vak of hobby hoort¹
- op het financiële vlak heeft hij niets te vertellen¹
zonder hoogte- of dieptepunten¹
- haar stem klonk erg vlak¹

Wiktionary Translations for vlak:

Cross Translation:

From	To	Via
• vlak	→ slät; platt; flat; jämn	↔ even — flat and level
• vlak	→ plan; flat	↔ flat — having no variations in altitude
• vlak	→ vågrät; plan; jämn; jämnhög	↔ level — same height at all places
• vlak	→ plan	↔ plane — of a surface: flat or level.
• vlak	→ plan	↔ plane — math: flat surface extending infinitely in all directions
• vlak	→ plan	↔ plane — level of existence
• vlak	→ strand	↔ plage — Translations
• vlak	→ slätt	↔ plaine — plat campagne, grande étendue de terre dans un pays uni.
• vlak	→ flack; jämn	↔ plat — sans relief.

¹Muiswerk Woordenboek