Home ->Dictionaries ->Dutch/Swedish ->Translate witheid

Translate witheid from Dutch to Swedish

Summary

Dutch to Swedish: more detail...

witheid:
- vithet
wit:
- vit; blekt; vitt; färglöst; urtvättad; urtvättat; blek; svag; svagt; blekfisigt; blekfisig; blekt som ett lakan
Wiktionary:
- wit → vit
- wit → vitt, vit, blank

Dutch

Detailed Translations for witheid from Dutch to Swedish

witheid:

witheid [de ~ (v)] noun

de witheid
vithet
- vithet [-en] noun

Translation Matrix for witheid:

Noun	Related Translations	Other Translations
vithet	witheid

Related Words for "witheid":

wit

witheid form of wit:

wit adj

wit (wit van huidskleur; blank)
vit; blekt; vitt; färglöst; urtvättad; urtvättat
- vit adj
- blekt adj
- vitt adj
- färglöst adj
- urtvättad adj
- urtvättat adj
wit (bleek van gelaatskleur; bleek)
blekt; blek; svag; svagt
- blekt adj
- blek adj
- svag adj
- svagt adj
wit (spierwit; doodsbleek; sneeuwwit; lijkbleek; lijkwit)
blekfisigt; blekfisig; blekt som ett lakan
- blekfisigt adj
- blekfisig adj
- blekt som ett lakan adj

Translation Matrix for wit:

Modifier	Related Translations	Other Translations
blek	bleek; bleek van gelaatskleur; wit	blank; bleek; flets; kleurloos; ongekleurd
blekfisig	doodsbleek; lijkbleek; lijkwit; sneeuwwit; spierwit; wit
blekfisigt	doodsbleek; lijkbleek; lijkwit; sneeuwwit; spierwit; wit
blekt	blank; bleek; bleek van gelaatskleur; wit; wit van huidskleur	blank; bleek; flauw; flets; kleurloos; mat; ongekleurd; pips; verschoten
blekt som ett lakan	doodsbleek; lijkbleek; lijkwit; sneeuwwit; spierwit; wit
färglöst	blank; wit; wit van huidskleur	blank; bleek; flets; kleurloos; mat; ongekleurd; verveloos
svag	bleek; bleek van gelaatskleur; wit	beetje; bleek; flauw; flets; kleurloos; krachteloos; lichtelijk; niet helder; onduidelijk; schemerig; schimmig; slap; vaag; verschoten; week; zwak
svagt	bleek; bleek van gelaatskleur; wit	bleek; bleekjes; flauw; flets; kleurloos; krachteloos; niet helder; onduidelijk; pips; schemerig; schimmig; slap; slapjes; vaag; verschoten; wee; week; ziekelijk; zwak
urtvättad	blank; wit; wit van huidskleur	bleek; pips
urtvättat	blank; wit; wit van huidskleur
vit	blank; wit; wit van huidskleur
vitt	blank; wit; wit van huidskleur

Related Words for "wit":

witheid, witst, witste

Synonyms for "wit":

bleek

Antonyms for "wit":

zwart

Related Definitions for "wit":

met weinig kleur¹
- zij zag weer erg wit¹
licht en zonder kleur¹
- de bruid droeg een witte jurk¹
niet onwettig of verboden¹
- hij werkt daar wit, dus hij betaalt premies¹

Wiktionary Translations for wit:

wit

adjective

kleur
- wit → vit

Cross Translation:

From	To	Via
• wit	→ vitt	↔ Weiß — ein weißer Farbton
• wit	→ vit	↔ weiß — eine unbunte Farbe habend, die hellste Farbe im digitalen RGB-Farbraum, die die Werte rot = 255; grün = 255; blau = 255 hat.
• wit	→ vit	↔ white — bright and colourless
• wit	→ vitt	↔ white — color/colour
• wit	→ vit; blank	↔ blanc — blanc (sens général)

¹Muiswerk Woordenboek