Summary
Swedish to Dutch: more detail...
-
förtretlig:
-
Wiktionary:
förtretlig → mistroostig, naargeestig, somber, triestig, balorig, kregel, slechtgehumeurd, kregelig, gemelijk, akelig, naar, onaangenaam, verdrietelijk, vervelend, bars, honds, nors, nurks, onaardig, onvriendelijk, stuurs, zuur, saai -
Synonyms for "förtretlig":
försmädlig
-
Wiktionary:
Swedish
Detailed Translations for förtretlig from Swedish to Dutch
förtretlig:
Synonyms for "förtretlig":
Wiktionary Translations for förtretlig:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• förtretlig | → mistroostig; naargeestig; somber; triestig; balorig; kregel; slechtgehumeurd; kregelig; gemelijk; akelig; naar; onaangenaam; verdrietelijk; vervelend; bars; honds; nors; nurks; onaardig; onvriendelijk; stuurs; zuur; saai | ↔ maussade — D’humeur chagrin ; sombre ; ombrageux ; morose ; renfrogné. |